vrijdag 15 augustus 2008

relativeren

Gisteren zijn we de bureaucratische molen ingegaan. Om cashdollars te krijgen voor een half jaar huur, moeten we een Tanzaniaanse bankrekening hebben. Om een bankrekening te openen, hebben we een verblijfsvergunning nodig. En om die te krijgen moeten we zijn uitgenodigd door een Tanzaniaanse organisatie. En dat zijn we niet, want dat lukte allemaal niet vanuit Nederland. Dus zitten we nog op een toeristenvisum, maar dat telt niet. We hebben nu de hulp maar ingeroepen van de directeur van de school.

Het weer is heel aangenaam, rond de 20-24 graden, en niet klam. Als we naar de stad fietsen gaat het bergafwaarts. Gaan we terug naar huis, volgepakt met boodschappen, moeten we dus bergop, en dan is het wel zweten. Het goede nieuws is dat Gaspard totaal geen hartklachten heeft bij het fietsen.

In de stad begin ik me iets meer op mijn gemak te voelen, maar die huidskleurbewustheid ben ik nog niet kwijt en misschien gebeurt dat ook wel niet. Vergelijk het met in de zomer in een carnavals-outfit door Valkenburg lopen. Iedereen kijkt naar je, sommige mensen spreken je aan, je valt gewoon op. Daarbij weet je dat ze denken dat bij iedere Mzungu (blanke) wel wat te halen valt. Aan de andere kant zijn mensen heel open en knopen gewoon een praatje aan.

De eerste schoolweek zit er op. De meiden geven het tot nu toe een 8. We vroegen Maria om ook een cijfer te geven tussen 1 en 10. Ze geeft een 100, zo leuk vindt ze het. Maar haar school in Valkenburg krijgt een 105, anders is het zo zielig.....

O ja, eergisteravond hadden we dan toch eindelijk een echte Powercut! Gaspard helemaal blij, maar het duurde slechts een kwartier. Het was echt aardedonker. Tegen de tijd dat we alle waxinelichtjes, laptops, en zaklantaarns aan hadden was het alweer voorbij. En uiteindelijk is het natuurlijk wel wat makkelijker om je huiswerk niet te hoeven maken bij het licht van je nintendo.

Zijn er dingen die niet zo leuk zijn? Tja. Het geblaf van honden s'avonds en s'nachts. De mensen verbranden hier zelf hun huisvuil, dus er is vaak rook. In deze droge tijd ben je binnen de kortste keren stoffig als je een stukje loopt. De verhalen die je hoort over criminaliteit. We noemen onze veranda, die omgeven is door horren en tralies, inmiddels de voliere. Wij zitten er in, en de prachtigste vogeltjes vliegen vrij rond in de tuin.

Je moet wat meer moeite doen om dingen te kopen, maar als je goed zoekt is alles wel te krijgen. Er zijn gewoon geen Hema's, Blokkers en Bijenkorven. Maar dat is ergens ook wel heel leuk, je komt in zulke geinige winkeltjes. Op een paar vierkante meter, helemaal volgestouwd met spullen, al dan niet onder een laag stof en altijd met mensen die voor de winkel gezellig bij elkaar zitten. En bij veel winkels staat er een naaimachine op de stoep, waar iemand mee aan het werk is.

Het een jaar lang moeten slikken van malariapillen is natuurlijk ook geen pretje, maar het is gelukkig maar 1x per week. Qua muggen is het goed te doen, in Nederland hadden we er echt niet minder.


Volgende keer:
Toch de Kilimanjaro-marathon?
Kennismaking met een Tanzaniaanse Opzij-vrouw